Menu Sluiten

Het driedelige zenuwstelsel onder de wetenschappelijk loep

 

Stephen Porges

Lange tijd gingen neurofysiologen ervan uit dat er twee zenuwbanen betrokken waren bij het stresssysteem:

  • de ortho-sympathische zenuwbaan – de GAS –mobiliteit: vecht- en de vluchtrespons
  • de parasympathische zenuwbaan – de REM –immobiliteit: rust, ontspanning en herstelsysteem

In de traditionele literatuur van de neurofysiologie werd het reguleren van stress beschouwd als het bereiken van een balans tussen deze twee zenuwbanen. Maar Stephen Porges vroeg zich af waarom mensen zo moeilijk kunnen schakelen tussen rempedaal en gaspedaal, tussen rust en stress, en waarom chronische stressbeelden almaar meer voorkomen. Via onderzoek kwam hij tot het inzicht dat de eenvoudige opdeling tussen de sympathische en parasympathische zenuwbaan onvolledig is.

Ergens wisten we dat al wel. Want iedereen heeft het wellicht al eens ervaren: je verdedigingssysteem gaat soms een heel andere kant op dan het vechten of vluchten. Je reageert dan door helemaal niet te reageren. Ik geef je een voorbeeld:

  • Ria vertelt over een nare ervaring die ze niet uit haar hoofd kan zetten. Het is niet zozeer de situatie zelf die haar verontrust maar wel het feit dat haar lichaam haar in de steek liet op het moment dat ze het nodig had. Ze was samen met haar man op een feestje. Daar haar man te veel gedronken had reed zij met de auto naar huis. Haar man zat achteraan in de auto en was in slaap gevallen. Aan een rood licht, werd op haar ruit geklopt en begon een groepje jongeren de duwen tegen haar wagen. Ze verstijfde van angst. Ze riep op haar man om hem wakker te maken. Maar er kwam geen geluid uit haar keel. Ze maakte wel kramachtige mondbewegingen, maar hoe ze ook probeerde, geluid was er niet. Dat was zo beangstigend dat ze toen het licht op groen sprong ze ook niet in actie kon komen om haar voet op het gaspedaal te zetten. Pas toen er een auto achter haar kwam aangereden, de jongeren wegliepen en de auto begon te claxonneren, kwam ze bij haar zinnen en kwam ze in actie.

Zoals je merkt treedt het verstarren in dit voorbeeld op tijdens een moment waarbij dat eigenlijk niet gewenst is. Tot Porges zijn theorie, was het echter niet duidelijk vanwaar dat ‘ongelukkige’ reflexmatige gedrag kwam. Bovendien werd de rol van dit oeroude verdedigingssysteem dat zorgt voor deze bewustzijnsverlaging ferm onderschat. Dat is nochtans geen goed idee als je weet dat het veel moeilijker is om uit deze immobiliserende stresstoestand te geraken, dan uit de mobiliserende vecht- en vlucht stresstoestanden.

De werking van ons zenuwstelsel is dus heel wat complexer, genuanceerder en vooral ook veel interessanter. Ook Porges zelf stelt de werking volgens critici nog te simpel voort, bijkomend onderzoek is zeker nog nodig. Zeker als we willen weten wat belangrijk is om goed te blijven functioneren in een vuca-wereld en werkomgeving.

De grootste zenuw van het parasympatische zenuwstelsel, ook wel de nervus vagus heeft twee vertakkingen met geheel andere functies. Ze bestaat uit een oud gedeelte dat zich aan de achterzijde van ons lichaam bevindt, en een nieuw gedeelte dat zich naar de voorkant richt:

  • Het oude gedeelte, de dorsale nervus vagus ontspringt in het achterhoofd in het oudste gedeelte van hersenen en vertakt zich tot onder je middenrif via je spijsverteringsstelsel tot aan je blaas en anus. Als je al gehoord hebt van ‘het tweede brein’ dat zich in je darmen zou bevinden, dan is het deze zenuwtak die dit gedeelte met je hersenen verbindt.
  • Het nieuwe gedeelde, de ventrale nervus vagus ontspringt eveneens in de hersenstam en richt zich naar de voorzijde tot aan je middenrif, ze reikt dus naar je longen en je hart. Vandaar dat we ook boodschappen kunnen sturen vanuit ons hart naar onze hersenen zoals je zal ontdekken bij de oefeningen.

Er zijn dus geen twee zenuwbanen betrokken bij het stresssysteem, maar drie, de (ortho)sympathische zenuwbaan en de parasympathische zenuwbaan die bestaat uit de ventrale vagus en de dorsale vagus .

 

Doorheen de evolutie

Net zoals je brein zich in verschillende fases ontwikkelde, gebeurde dat ook bij je zenuwstelsel. De verschillende zenuwbanen, die je elk als een subsysteem kan beschouwen, werden evolutionair opgebouwd in functie van een maximale overlevingskans.

 

De dorsale nervus vagus is het oudste – 500 miljoen jaar oud – en het meest primitieve subsysteem. Het zorgt voor immobilisatie en werkt in op de inwendige organen. Bij gevaar doe je alsof je ‘dood’ ligt, je beweegt niet. Immobilisatie behoudt energie door het bewustzijn te verlagen en zorgt voor een staat van overgave door gevoelens en gedachten uit te schakelen en pijn te stillen in de hoop dat het gevaar zal wijken als je niets dreigends uitstraalt of in de hoop dat je niet gezien wordt.

 

Het sympathische zenuwstelsel is het tweede subsysteem in de evolutionaire ontwikkeling dat 400 miljoen jaar geleden ontstond en afstapt van loutere immobilisatie als overlevingssysteem. De functie ervan is net om te mobiliseren. Het zorgt voor actie en zet in beweging. Het richt zich op een aantal interne functies en op de ledematen zodat je bij gevaar kan vechten of vluchten.

 

De ventrale nervus vagus is het derde subsysteem dat ruim 200 miljoen jaren geleden ontwikkelde.

Het is evolutionair het laatst ontstaan en is alleen te vinden bij zoogdieren. Het zorgt voor een positieve immobilisatie zodat we ruimte krijgen om te reflecteren, tot rust te komen en te ontspannen. Van het moment dat zoogdieren in groep gingen leven was er ook verbinding nodig om als groep sterker te staan en op die manier de overlevingskansen te verhogen. Evolutionair gebeurde er iets belangrijk met de ventrale vagus. Het hersenstamgebied van waaruit de nervus vagus ontspringt werd verbonden met een aantal hersenzenuwen en met de spieren van het hoofd, het gezicht. Zo ontstond er een directe verbinding tussen longen, hart, hersenen, gezicht en gehoor. Hierdoor tonen we universele, spontane gezichtsuitdrukkingen bij emoties als angst, woede, verdriet en blijdschap. Met de ventrale vagus lezen we onbewust aan de hand van gezichtsuitdrukkingen van de ander of het voldoende veilig voor ons is om sociaal engagement aan te gaan. Ook geluid is erg belangrijk voor de ventrale vagus.

 

De nervus vagus fungeert dus als een sociaal betrokkenheidssysteem en steunt op een proces van continu scannen naar veiligheid. Wij zetten ons zenuwstelsel in om op onderbewust niveau veiligheid of het gebrek eraan in sociale relaties in te schatten. Veiligheid is dus cruciaal om te beslissen welke zenuwbaan geactiveerd wordt. Vooraleer die werking verder toe te lichten herhaal ik even wat we tot hiertoe geleerd hebben. Er zijn drie zenuwbanen die zowel betrokken zijn bij het stresssysteem als bij het sociaal betrokkenheidssysteem:

 

3 zenuwbanen

500 miljoen jaar geleden

De parasympathische zenuwbaan met de dorsale vagus (naar de achterzijde gericht)

 

vertakt via de hersenstam naar darmen, blaas en anus

REM –immobiliteit

 

 

400 miljoen jaar geleden

De (ortho)sympathische zenuwbaan

vertakt via de hersenstam naar de nek richting wervelkolom

GAS – mobiliteit

 

200 miljoen jaar geleden

De parasympathische zenuwbaan met de ventrale vagus (naar de voorzijde gericht)

 

Vertakt via de hersenstam naar hart en longen én naar de hersenen en het gezicht

SOCIALE BETROKKENHEID

 

Polyvagaal

Om je de evolutionaire hiërarchie goed voor te stellen in je lichaam kun je je buik met al zijn spijsverteringsprocessen voorstellen als het oeroude gedeelde van de nervus vagus, de dorsale vagus. Vervolgens ga je omhoog tot halverwege je rug, daar vind je het sympathische zenuwstelsel met de ruggenmergzenuwen. Ga je nog wat hoger, dan kom je in de buurt van je hart, longen en gezicht en ben je bij het nieuwste deel van de nervus vagus, de ventrale vagus. 

De omgekeerde volgorde

Als je geconfronteerd wordt met problemen, of een situatie waarin je je veilige voelt dan zal de inschakeling van de zenuwbanen de omgekeerde volgorde doorlopen dan de fase waarin ze evolutionair zijn. Zo zal niet het oudste deel als eerste geactiveerd worden, maar wel het nieuwste deel. Bij gebrek aan veiligheid zal je eerst pogen om met behulp van je meest recent ontwikkelde zenuwdeel toch veiligheid te creëren. Een vriendelijke lach, een zachtere stem, oogcontact maken, een gemoedelijke uitdrukking op je gezicht om te laten zien dat jij geen bedreiging bent. Als dat niet helpt dan wordt het sociale betrokkenheidssysteem ingetrokken. De vagale nervus gaat als het ware offline. Ze trekt de rem op, waardoor je hartfrequentie gaat stijgen. Dit bevordert actie, je mobiliseringssysteem wordt geactiveerd. Je zet je schrap, klaar om je te verdedigen of te vluchten. Als ook dat niet helpt, dan zet je het ortho-sympathische zenuwstelsel in een nog hogere versnelling om die ontsnapping of overwinning toch mogelijk te maken. Als je niet kan vluchten of ontsnappen, dan is het mogelijk dat je het oudste gedeelte van de nervus vagus activeert. Dit dorsale deel zal je reflexmatig blokkeren. Het ziet geen andere uitweg meer.

 

Ons zenuwstelsel pikt als eerste gevaarsignalen op én interpreteert ze. De verschillende neurale netwerken vertalen de signalen naar verschillende fysiologen toestanden en gedragingen.

 

3 zenuwbanen die in een opgaande volgorde geactiveerd worden bij onveiligheid.

Eerste activatie

De parasympathische zenuwbaan met de ventrale vagus (naar de voorzijde gericht)

 

Vertakt via de hersenstam naar hart en longen én naar de hersenen en het gezicht

SOCIALE BETROKKENHEID

 

 

Tweede activatie

De (ortho)sympathische zenuwbaan

vertakt via de hersenstam naar de nek richting wervelkolom

GAS – mobiliteit

 

Derde activatie

De parasympathische zenuwbaan met de dorsale vagus (naar de achterzijde gericht)

 

vertakt via de hersenstam naar darmen, blaas en anus

REM –immobiliteit

 

Een flexibel samenspel met zeven toestanden

Om het begrip veerkracht in al haar facetten te begrijpen, wijst Porges ons erop dat elk van de drie zenuwbanen zijn bestaansrecht heeft, net op dezelfde manier als alle drie de hersendelen dat hebben. We kunnen niet zonder een deel ervan. En meestal werken alle systemen goed samen. Zo kunnen de drie zenuwbanen elk afzonderlijk geactiveerd worden, maar evengoed kunnen meerdere banen tegelijkertijd actief zijn, waardoor er een samenspel mogelijk is tussen meerdere banen. Die leiden tot fysische toestanden die zeer bevorderlijk zijn om onze veerkracht te boosten en te herstellen. Er zijn zeven fysische toestanden waar we ons in kunnen bevinden. 

Zenuwbanen gecombineerd actief

Zeven toestanden

Ventrale vagus

Toestand 1

Sociale betrokkenheid, engagement en verbinding

Sympathische vagus

Toestand 2

Actief vermijdingsgedrag

Toestand 3

Vecht- en agressief gedrag

Dorsale vagus

Toestand 4

Freeze (verlaagd bewustzijn) passief vermijdingsgedrag

Toestand 5

Shutdown (Lichaam trekt de stekker eruit)

Ventrale én sympathische vagus

Toestand 6

Flow, plezier beleven, energie krijgen

Dorsale én ventrale vagus

Toestand 7

Intimiteit, herstel

Toestand 1: Sociaal betrokken zijn

 

Als het helemaal veilig is dan activeer je het jongste deel van je zenuwstelsel: de ventrale vagus. Dan bloei je open en ben je sociaal betrokken. Je gaat de verbinding aan met anderen. Je biedt ondersteuning. Je durft uit je schulp te komen. Je voelt nieuwsgierigheid en je bent bereid om samen te werken, je open te stellen en vertrouwen te geven. Ik hoef niet te vertellen hoe belangrijk het is in een organisatie om ervoor te zorgen dat er een omgeving gecreëerd wordt waarbij het sociaal engagement gestimuleerd wordt. Wie sociaal betrokken is ziet ruimte voor kansen en mogelijkheden met een open blik. Het fundamentele zelfvertrouwen groeit. Stressvermindering treedt op, je immuunsysteem werkt beter en je voelt je veerkrachtig. Je bent blij, aandachtig, actief, geïnteresseerd, gepassioneerd, enthousiast, alert en positief. In deze toestand voel je je goed. Je lichaam maakt de herstelhormonen oxytocine (knuffelhormoon) en serotonine (gelukshormoon) aan. In deze toestand is het veel makkelijker om de uitdagingen van de vuca-wereld te trotseren.

 

Toestand 2 en toestand 3: Actieve vermijding en Vechtmodus

 

 

“In ons huidige drukke leven met veel prikkels zijn er altijd en overal dreigende leeuwen. Ons stresssysteem is overbelast.”

 

Gebeurt er iets dat alarmbellen doet rinkelen? Dan gaat je ventrale vagus offline. Zo geeft ze volop ruimte aan je sympathische zenuwstelsel. Deze zenuwbaan zet aan tot actie, zorgt voor beweging en triggert je hersenen, zodat die de opdracht geven om stresshormonen zoals adrenaline en cortisol vrij te geven. Zo ben je in staat om te vluchten (toestand 2) of te vechten (toestand 3). Omdat het hele systeem evolutionair ontworpen is, is het totaal niet afgestemd op onze huidige omgeving. Het zenuwstelsel ziet in heel veel dagelijkse impulsen gevaar, alsof het allemaal dreigende leeuwen zijn. Je stresssysteem staat daardoor voortdurend online en geraakt overbelast.

 

Toestand 4 en toestand 5: Van verlaagd bewustzijn naar shutdown

Als een stresssituatie blijft aanhouden, dan lijkt het voor je lichaam alsof er maar geen oplossing komt. En dus gaat het nog een stapje verder. Het activeert het evolutionair oudste systeem. Net zoals dat ook in je brein gebeurde. In je zenuwstelsel is het oeroud gedeelte je dorsale vagus. Ze duwt je eerst nog in een bevriezingsreactie -freeze-, en als dat geen soelaas biedt, veroorzaakt ze een totale shutdown. Uiteindelijk trekt het lichaam de stekker uit. In tegenstelling tot de (ortho)sympathische tak van je zenuwstelsel beschermt ze je via immobilisatie: ze legt de systemen in je lichaam plat. Vergelijk het met een konijn dat zich ‘dood’ houdt als je hond erachteraan gaat.

 

Als mens gaan wij niet als ‘dood’ liggen om energie te sparen. We krijgen in de plaats gezondheidsproblemen, zoals een minder goed werkend immuunsysteem, chronisch energiegebrek en spijsverteringsproblemen. In ons gedrag uit zich dat door ‘afwezigheid’: lange periodes uit het raam staren, sociaal isolement, reflexmatig blokkeren, een black-out, depressieve gevoelens, een in elkaar gezakte houding, minder gehoor- en gezichtsvermogen en verlammingsverschijnselen. Ook op sociaal vlak zijn er belangrijke gevolgen. Onze verbinding met anderen verdwijnt en gevoelens van eenzaamheid, zich verloren voelen, ontoegankelijkheid en wanhoop komen in de plaats. Deze toestand wordt gekenmerkt door een lage bloeddruk, een laag hartritme en een laag metabolisme. Je overlevingsmodus is ingeschakeld en je ervaart een verlaagd bewustzijn. Er is een drastische vermindering van zuurstofrijk bloed naar de hersenen en dat brengt een ingrijpende vermindering van de cognitieve vermogens met zich mee. Het vermogen om beslissingen te nemen en zelfs het vermogen om een situatie te beoordelen, is aangetast. Kortom, het is dus meer dan ooit belangrijk om deze dorsale toestand te onderscheiden, omdat het veel moeilijker is en langer duurt om uit deze toestand te geraken dan uit de vecht- of de vluchtmodus.

In het begin van mijn carrière moest ik een tweedaagse training geven over onderhandelen. Ik was nog vrij jong. Mijn publiek was minstens tien jaar ouder en had meer ervaring in het vak dan ikzelf. Ik was bijgevolg al vrij onzeker om de training te geven. Bovendien werd ik geobserveerd door een collega-trainer met tonnen ervaring. Dat dubbellopen maakte deel uit van het leerproces. De meeste van mijn junior collega’s ervaarden dit ook echt als leren. De collega-trainer gaf hun de kans om uit de bocht te mogen gaan, want hij zou het wel rechttrekken als het fout liep tijdens de training. Voor mij voelde het anders aan. Ik ervaarde de collega-trainer als een bedreiging, want als ik een fout zou maken, zou die zeker opgemerkt worden door mijn collega. In plaats van meer veiligheid te bieden, bood de situatie voor mij net minder veiligheid. Op het moment dat ik tijdens de training aanvoelde dat ik inhoudelijk uit de bocht ging, werd ik plots licht in mijn hoofd, ik kreeg een black-out, werd lijkbeeld en het voelde alsof ik ging flauwvallen.

Thibaut, een zelfstandige ondernemer, was ervan overtuigd dat er iets fysiek mis was met hem. Na veel klinische onderzoeken werd hij doorverwezen naar mijn multidisciplinaire praktijk, omdat er geen medische verklaring was voor zijn toestand. De dokters omschreven het als een gevolg van chronische stress. Door langdurig in een chronische stresssituatie te blijven, en de vele signalen van zijn lichaam te blijven negeren, trok zijn lichaam letterlijk de stekker uit het stopcontact. De helft van zijn gezicht leek verlamd te zijn. Zijn rechteroog en de rechterkant van zijn mond waren helemaal scheefgetrokken naar beneden toe. De verlamming was letterlijk een soort bevriezing van een deel van zijn lichaam. Gelukkig herstelde hij volledig na maanden therapie te volgen.

Ook Sieme had een ervaring waarvan hij echt geschrokken was. Tijdens een vergadering met het managementteam stelde een collega vast dat er in een van de berekeningen die hij gedaan had, een fout was geslopen. Het leek op dat moment alsof Sieme niet meer in de kamer was, alsof hij zich onder water bevond. Hij had het gevoel nog weinig lucht te hebben. Hij wist dat zijn collega’s aan het praten waren, maar hij zag enkel bewegende lippen en hoorde een onderdrukte klank. Hij was nog net in staat om iets te prevelen, maar hij had achteraf geen enkel idee wat hij precies gezegd had. Hij leek wel als verdoofd en had geen controle meer over wat er zich afspeelde. Dit voorval had een grote impact op hem. Hij kon niet meer naar behoren functioneren uit angst om opnieuw fouten te maken en zichzelf te verliezen.

 

Toestand 6: In flow zijn en plezier beleven
Als er samenspel is tussen het ventrale en het sympathische gedeelte van je zenuwbanen, dan gebeurt er een fijnafstemming tussen je rem- en je gaspedaal. Rem en gas werken als het ware samen zodat je in een toestand komt die heel aangenaam voelt. Je wilt exploreren, plezier beleven en je talenten uitleven. Het ventrale systeem zet aan tot engagement en sociale betrokkenheid, terwijl het sympathische deel ervoor zorgt dat je actie neemt. Dit wil dan ook zeggen dat actief zijn niet hoeft te betekenen dat je onder stress staat. Dat komt omdat je sympathische baan als een motor werkt, die staat bij wijze van spreken altijd te draaien. De ventrale baan zal als een regulerend remsysteem net voldoende gas door je lijf laat stromen om je in actie te brengen, zonder daarbij een teveel aan stresshormonen aan te maken. Je voelt je dan helemaal in flow. Opnieuw zie je het belang al om er als organisatie voor te zorgen dat er ruimte is voor plezier en flow op de werkvloer. Wil niet elke organisatie gemotiveerde medewerkers die excelleren in hun talenten?

 

Toestand 7: Intimiteit en herstel

Ook het dorsale gedeelte kan samen actief zijn met het ventrale deel. Dat gebeurt als je heel intiem bent , als je wilt reflecteren op jezelf of als je bewust aan je herstel werkt. Deze toestand zien we bijvoorbeeld als we mediteren of als we met mildheid naar onszelf kijken. Aan het belang van deze toestand wordt nog te veel voorbijgegaan. Door medewerkers zelf, en zeker door organisaties. Wanneer neem jij echt tijd om te herstellen na een werkpiek? In welke mate is het bespreekbaar op de werkvloer om na een drukke periode waar je de ene deadline na de andere moet halen je agenda even minder vol in te plannen?

 

Op naar meer veerkracht en een groter aanpassingsvermogen 

Er zijn drie toestanden waar de werking van de ventrale vagus essentieel is:

  • sociale betrokkenheid en engagement als voorwaarde om te verbinden en samen te werken,
  • in flow zijn en plezier hebben als voorwaarde om met goesting en motivatie te werken
  • herstel als voorwaarde om een evenwichtige werkdruk te vinden

Een goed werkende ventrale zenuwbaan streeft naar homeostase, een toestand die je lichaam als evenwichtig ervaart. Voldoende actie om goed te kunnen functioneren, doelen te behalen en in flow te zijn, maar ook voldoende rust om te recupereren. Een goed afgestemd samenspel tussen de drie systemen zorgt voor een fysiek gevoel van welzijn.

 

Een goed werkende vagale rem zorgt er bovendien voor dat de overgangen tussen stressvolle en niet stressvolle omgevingen soepel verlopen. Het is niet nodig en realistisch dat je permanent in homeostase verkeerd. De andere toestanden maken deel uit van je leven. Het sleutelwoord is regulatie. Hoe beter je zorg draagt voor je ventrale zenuwbaan hoe groter je vermogen om je toestand te reguleren. Je slaagt er dan in om na een stress periode waarbij je sympathische zenuwstelsel de overhand neemt, vlug terug te gaan naar een toestand van rust. Je kan het vergelijken met een getraind sporter. De hartslag stijgt tijdens de inspanning maar recupereert snel als de inspanning gedaan is.  Zulke recuperatie kan je ook oefenen met je zenuwstelsel. Hoe beter je switchvermogen is, hoe groter je veerkracht